Terug naar overzicht

Rooms-Katholiek
Protestant
Sacramenten

"Sacramenten blijven breekpunt met Rome"

Protestants Nederland

01 JUNI 2010

supper-3239337_1280

Terug naar overzicht

Het gesprek tussen Rome en Reformatie zal de komende jaren moeten gaan over de sacramenten, zo stelde bisschop dr. G. J. N. de Korte recent. Juist het thema van de “sacramentaliteit” vormt het meest onderscheidende thema tussen Rome en Reformatie, aldus de bisschop van Groningen en Leeuwarden.

De Korte sprak deze woorden tijdens een presentatie van een boek over Rome en Reformatie, geschreven samen met dr. W. J. Ouweneel. Het gesprek in het boek is vriendelijk en irenisch, maar laat ook zien waar de pijn- zo niet breekpunten liggen. Vooral op het punt van de sacramenten gaan de wegen uiteen. Volgens De Korte bestaat er een nauwe band tussen de kerkelijke en de eucharistische gemeenschap. Op dit punt is er nog geen eenheid (communio) tussen Rome en Reformatie mogelijk. “De eucharistie is ook maaltijd van de kerkelijke eenheid. De geconstateerde onvolkomen communio maakt het gezamenlijk vieren van eucharistie en heilig Avondmaal nog niet mogelijk. Wij zouden in het gevierde sacrament een eenheid symboliseren die er feitelijk niet is.” Ouweneel, afkomstig uit protestants-evangelicale hoek, erkent vanuit het Nieuwe Testament drie ritueelkerkelijke handelingen als ‘sacramenten’: doop, Avondmaal en ziekenzalving. Hij is beducht voor alles wat naar ‘magie’ riekt. Daarom huivert hij voor de notie van ‘consecratie’ van water, brood, wijn en zalfolie. Ouweneel heeft grote moeite met de transsubstantiatieleer. Hier wordt het gevaar van ‘magisch’ denken voor hem “onverdraaglijk groot”, zo schrijft hij in het boek. De transsubstantiatieleer gaat zijns inziens in tegen de wijze waarop symbolen in het Nieuwe Testament in kerkelijke riten en elders functioneren.

Deze leer komt voort uit “de oeroude heidense magie”. De transsubstantiatieleer is volgens De Korte echter een laat middeleeuwse doordenking van het geheim van de werkelijke tegenwoordigheid van Christus in het sacrament van de eucharistie. Met begrippen uit de aristotelische natuurfilosofie (substantie, accidenten) wordt die werkelijke en blijvende tegenwoordigheid onder woorden gebracht. Hij spreekt van een “eerbiedwaardige traditie”. Tijdens de eucharistie wordt volgens De Korte het offer van Christus niet herhaald, zoals menig protestant tot op de dag van vandaag volgens hem denkt, maar wordt het ene unieke offer van Christus, in de kracht van de Geest, “tegenwoordig gesteld.” Dat heeft consequenties voor de gebeurtenissen na de viering. Vanwege de blijvende werkelijke tegenwoordigheid van Christus in de tekenen van brood en wijn wordt het eucharistisch Brood als Lichaam van Christus in een tabernakel bewaard. Protestantse christenen gedenken volgens De Korte tijdens het Heilig Avondmaal primair het verzoenend lijden en sterven van Christus. “Het overgebleven brood van het Avondmaal kan naar de eenden en de overgebleven wijn naar de jongerenclub. Een en ander is naar de beleving van de rooms-katholieke christen een onvoorstelbare profanisatie van het sacrament.” “Naar mijn inschatting vraagt deze kwestie nog diepgaand theologisch overleg. Hier gaat het ten diepste om een andere beleving van sacramentaliteit.” Binnen de Romana gaat het in de eucharistie om een “blijvende, werkelijke tegenwoordigheid”, aldus De Korte. “De omgang met Avondmaalsbrood en -wijn na het Avondmaal is voor rooms-katholieken dan ook schokkend en profaniserend.”

Hoe vriendelijk en invoelend het debat in het boek ook verloopt, over de aard van de sacramenten zullen Rome en Reformatie het vooralsnog niet eens worden. Nog veel andere onderwerpen passeren in het boek de revue. Ouweneel schrijft dat de wereldkerk het over het ambt van de paus nooit eens zal worden. Ook de Mariaverering is iets dat een protestant nooit zal kunnen beamen, integendeel, de Schrift laat hiervoor geen enkele ruimte. Toch is het goed om zo elkaar zo diep te bevragen, zoals Ouweneel en De Korte doen. Het leert ons scherp naar jezelf en naar de ander te kijken. Weten we wel hoe Rome denkt, en even belangrijk: weten we nog wat de beginselen van de Reformatie zijn? Juist in zo’n debat komen we elkaars diepste drijfveren tegen. We ontdekken dan wat aan beide kanten onopgeefbaar is, zonder overigens het gemeenschappelijke te loochenen. Een dergelijk debat is altijd beter dan vage oecumene waar de eigenlijke geschilpunten verdoezeld worden.

Afbeelding van congerdesign via Pixabay